Door Harrie Lemmens

Het speelde zich driekwart eeuw geleden af in de Foz, daar waar de Douro bij Porto uitmondt in de Atlantische Oceaan: Dona Eulália, die sinaasappels verkocht op straat (‘Laranjas, laranjas, quem merca laranjas!’), meestal op enige afstand van achter een boom nauwlettend in het oog gehouden door haar man, aan wie ze het geld van elke transactie onmiddellijk moest afdragen, zodat hij zich in de dichtstbij gelegen tasca vol kon gieten met goedkope wijn en bagaço, verscheen op zekere ochtend – de zon leek vrolijker te schijnen en legde een glinsterende glans op zoet en zout water, de lucht was puur en zuiver, enkele dolfijntjes zwommen af en toe hoog opspringend tegen de stroom van de rivier in, de kinderen, waaronder mijn schoonmoeder, van wie ik dit verhaal heb, speelden dartel en uitgelaten, zoals kinderen overal ter wereld uitgelaten dartelen –, dona Eulália was die ochtend, met op haar hoofd de rieten mand vol fel oranje gekleurde sinaasappels, die ze net had opgehaald van de boot die groenten en fruit aanleverde vanaf de overkant van de Douro, geheel in het zwart van zware rouw gehuld, maar haar klassieke kreet had gek genoeg iets blij’s, iets opgeluchts.
‘Dona Eulália, dona Eulália!’ riepen de kinderen die verbaasd naar haar toe holden. ‘Waarom bent u in het zwart?’
‘Mijn man is vannacht gestorven,’ legde ze uit.
‘O, wat triest, gecondoleerd,’ zei een buurvrouw die erbij stond, terwijl ze haar handen afdroogde aan haar schort.
‘Ja, heel triest,’ zei dona Eulália met een bedroefd gezicht.
En daarna, rechter en trotser dan ze ooit had gelopen, met een stem die klonk als dolgelukkig zilver: ‘Morreu, morreu, quem merca laranjas!’ Oftewel, hij is dood, hij is dood, wie wil er sinaasappels? Ze was eindelijk bevrijd van de tiran die als een vampier het oranje en soms bloedrode sap van haar inspanningen opzoog, nu kon ze het behouden voor haarzelf en haar kinderen.
Het leven ging door na de dood, maar het ging beter door, veel beter. En wiegend met haar heupen liep ze verder: ‘Laranjas, laranjas, quem merca laranjas!’
Doem-me a cabeça e o universo.
Mijn hoofd en de wereld doen zeer.
Fernando Pessoa
Um novo sol já vai raiar.
Een nieuwe zon zal stralen.
Vinicius de Moraes
Foto Ana Carvalho
Leave a Reply