We zitten nog steeds in het jubileumjaar van Brazilië: tweehonderd is het land in september geworden, niet zo jong meer, maar soms lijkt het nooit ouder te worden, getuige deze poëtische bijdrage van Ricardo Domeneck, uitgesproken tijdens Poetry International van afgelopen maand juni. Samen met andere gedichten van hem kunt u dit gedicht ook hier lezen.

Cultuurindustrie
Het vermaak
voor families in het binnenland
vereist een heel eigen inzet van
mensen.
Hier
komen de grote acteurs
geen optredens verzorgen,
hier
komen de grote dichters
geen gedichten voorlezen,
hier
komen de grote zangers
geen liedjes zingen
hier
verwaardigt
de intelligentsia
zich niet tot uitleg.
Hier
valt het implanteren van een
mens sane in corpore sano
toe aan adventkerken
en krachthonken.
Bezoekjes aan de ijssalon,
die eerder een pizzeria
en een broodjeszaak was,
veranderen slechts de muren,
waaraan geen
foto of schilderij hangt
van eeuwenoude tradities.
De openbare ruimte
– agora noch ecclesia –
zet – nu fluisterend –
aan tot variaties
op de oude rancunes
en lichte irritaties
die aanzwellen en
kloppen als zweren.
De teleurstellingen van vader,
de teleurstellingen van moeder
en zo, verder naar beneden,
de eerste teleurstellingen van
het hele kroost, met groeiend
verlies.
Aan tafel
heerst ons gebrek aan
een gespreksonderwerp of
dat ene uitentreuren herhaalde
onderwerp. Onze schulden
aan God en de keizer.
O ja, en het zwijgen
over de enige onderwerpen
die ons misschien kunnen redden.
Konden we maar heel even,
in een helder moment,
de ijsjes, pizza’s en broodjes
overgieten met tranen,
schreeuwend in de goot.
Maar wat zouden de buren
dan zeggen?
In de grote steden
grient de intelligentsia
– het volk! het volk! –
terwijl schimmel en mos
onze non-mond en non-ziel
steeds verder overdekken.

Indústria cultural
As distrações
para as famílias do interior
exigem recursos humanos
próprios.
Aqui
não vêm atuar
os grandes atores,
aqui
não vêm ler
os grandes poetas,
aqui
não vêm cantar
os grandes cantores,
aqui
não se digna
a interpretações
a intelligentsia.
Aqui,
às igrejas evangélicas
e às academias de ginástica
pertence a implementação
do Mens sana in corpore sano.
As visitas à sorveteria
que antes fora uma pizzaria
e antes, uma lanchonete,
apenas mudam as paredes,
que não trazem
nem fotografia nem pintura
de tradições centenárias.
O espaço público
— nem Ágora nem Eclésia —
incita variações
— agora aos sussurros —
dos ressentimentos velhos,
das irritações pequenas
que se acumulam
e latejam como pústulas.
As frustrações do pai,
as frustrações da mãe,
e assim, em escadinha,
as frustrações nascentes
da prole toda, em perdas
crescentes.
À mesa
reina nossa mesma
falta de assunto da janta
ou o assunto repetido
à exaustão. As dívidas
com Deus e com César.
E sim, o silêncio
sobre os únicos assuntos
que quiçá nos salvassem.
Quem-nos-dera, num instante
de lucidez repentina,
aguássemos agora
os sorvetes, as pizzas, os lanches
com lágrimas, esgoelando juntos
na sarjeta. Mas o que diriam
os vizinhos?
Nas capitais
lacrimeja a intelligentsia
— o povo! o povo! —
enquanto o mofo e o musgo
cobrem aos poucos
a nossa não-boca, a nossa não-alma.
Vertaling Harrie Lemmens
Foto’s Ana Carvalho
Leave a Reply