Door Kitty Pouwels

Onlangs werd ons land bezocht door José Rodrigues dos Santos, de Portugese bestsellerauteur van wie in het Nederlands tot nog toe drie titels zijn verschenen: De Godsformule, Het zevende zegel en (als e-boek) De toorn van God. In het hotel waar hij met zijn vrouw verbleef mocht ik een van de eerste exemplaren van zijn nieuwe informatieve roman in ontvangst nemen, die over het leven en denken van Benedictus de Spinoza gaat.
De auteur was met enkele journalisten naar Nederland gekomen om verschillende locaties uit het leven van Spinoza te bezoeken en daar wat stemmige plaatjes te schieten. Een kleine week later zou het boek in twaalf landen en in drie talen worden gelanceerd (helaas nog niet in het Nederlands). Zoals alle romans van Dos Santos, die zijn schrijverschap combineert met een baan als nieuwslezer, draait Het geheim van Spinoza om feiten: wat weten we over het leven van de grote rationalist, die als zoon van Portugese immigranten opgroeide in het zeventiende-eeuwse Holland? Wat hielden de baanbrekende gedachten van Spinoza in en waarom hebben die zo’n grote invloed gehad op zijn tijdgenoten dat ze nog altijd doorwerken in het heden?
We volgen de hoofdpersoon vanaf het moment dat die als jongetje van acht in de Portugese synagoge zit tot aan zijn overlijden, zesendertig jaar later. In Zuid-Europa is de inquisitie in volle gang, in heel Europa woeden er oorlogen en regelmatig laait de pest weer op. In de Nederlanden floreert de economie en heerst er relatieve tolerantie ten aanzien van andere religies dan het dominante calvinisme. In dat klimaat ontstaan er nieuwe denkbeelden omtrent godsdienst en wetenschap. De schrijver neemt de tijd om de context te schetsen en ons te laten meeleven – en meedenken – met een filosoof die mede de basis legde voor de latere Verlichting, en dus voor onze huidige rechtsstaat. De dialogen in Het geheim van Spinoza zijn natuurlijk grotendeels verzonnen, maar verder is het boek gebaseerd op biografieën en documenten van tijdgenoten, en vooral op de geschriften van Spinoza zelf. De verdienste van Dos Santos is dat hij zijn lezers verleidt om als het ware spelenderwijs, van hoofdstuk tot hoofdstuk gedreven door niet altijd even verrassende, maar wel effectieve cliffhangers, hun kennis uit te breiden. Je hoeft niet heel slim te zijn om het verhaal te kunnen volgen, maar als je het boek uit hebt voel je je gegarandeerd slimmer dan toen je eraan begon.
Op het schutblad van mijn exemplaar trof ik bij thuiskomst, naast een bedankje voor mijn adviezen omtrent de Nederlandse aspecten van het boek, het motto van de auteur: Ler é saber— Lezen is weten.
Leave a Reply