Door Harrie Lemmens
Originário
Daniel, heet hij van zijn voornaam. Zijn achternaam, Munduruku, is de naam van zijn groep, of stam, of volk – de aanduiding wil nog wel eens veranderen. Zoals ook de noemer waaronder hij zelf gevat wil worden: originário zegt hij, ‘oorspronkelijke (bewoner)’, terwijl het eerder indígena (‘inboorling’), índio (‘indiaan’) en ameríndio (‘Amerikaans indiaan’) heette.
Ik liep Daniel tegen het lijf in Póvoa de Varzim, waar hij te gast was op literair festival Correntes d’Escritas. Wetenschapper en journalist, voorvechter en schrijver, publicist en chroniqueur. Meer dan dertig titels op zijn naam. ‘Nou ja, de meeste boeken zijn dun, oude verhalen voor kinderen,’ voegde hij eraan toe terwijl hij me een kleurrijke folder met aanprijzing van zijn oeuvre overhandigde. Legendes over het ontstaan van de aarde en de schepping van de mens (zie ook hier), over God de Grote Vader en Zijn vele kinderen, over dier en plant enzovoort. Een ware schatbewaarder.
Hij liep er ietwat verloren bij in Portugal, in zijn jeans, T-shirt en open houthakkershemd. Zijn haar was grijs en lang, zijn lach breed. ‘Ik ben hier uit naam van mijn povo, mijn volk,’ zei hij aan tafel achter de bacalhau met wijn uit Alentejo. ‘Wij willen erkenning en handhaving van onze tradities.’
Een oud probleem dat zich niet alleen in Brazilië voordoet, maar bijvoorbeeld ook in de Engels- en Franstalige Afrikaanse landen: tot hoever is de schrijver een vertegenwoordiger, ‘de stem van’, en wanneer wordt hij een individu dat zich misschien wel losmaakt van de groep? Uiteindelijk is hij toch al bijna tweehonderd jaar Braziliaan.
Minderheden, uitzonderingen, randgroeperingen zijn in, dat helpt natuurlijk. Maar het leidt ook tot een raar soort haast folkloristische handhavingsdrang (van binnenuit) en een evenzeer dwangmatige en folkloristische solidariteits- en / of toerismekijk (van buitenaf). Met die kijk drijft João Ubaldo Ribeiro, auteur van het magistrale epos Brazilië Brazilië, op een hilarische manier de spot in een van de columns die hij schreef toen hij een jaar in Berlijn verbleef:
‘Eén ding heb ik tijdens mijn verblijf hier in Berlijn geleerd: ik zal me pas weer in Duitsland vertonen na het volgen van een cursus over het Amazonegebied en het lezen van minstens één standaardwerk over de Braziliaanse indianen. Je kunt het hier namelijk knap lastig krijgen als je als Braziliaan niets afweet van de Amazone en de indianen.’ Het vervolg kunt u hier lezen.
Foto Ana Carvalho
Doem-me a cabeça e o universo.
Mijn hoofd en de wereld doen zeer.
Fernando Pessoa
Um novo sol já vai raiar.
Een nieuwe zon zal stralen.
Vinicius de Moraes
Leave a Reply